Plichten van verhuurders =>
De verhuurder moet de 'verborgen gebreken' van de woning verhelpen. |
De verhuurder moet ervoor zorgen dat er geen (verborgen) gebreken zijn die het gebruik van het verhuurde goed verhinderen. Als
de huurder tijdens de huur bijvoorbeeld vaststelt dat de zekering afspringt wanneer
hij zijn wasmachine aanzet, dan is dit een verborgen gebrek. Toen hij de
woning bent ging bekijken om ze te huren, is dit gebrek immers voor hem verborgen gebleven.
Hij stelt het pas vast zodra hij erin woont (en begint te wassen). Als
hij had geweten
dat de elektriciteitsleidingen onvoldoende sterk waren, had hij waarschijnlijk geen (of een ander) huurcontract gesloten.
Zelfs wanneer de verhuurder het gebrek bij het begin van de huur niet kende, is hij verplicht om het te verhelpen.
Indien door de gebreken enig verlies voor de huurder is ontstaan, moet de verhuurder hem daarvoor schadeloos stellen.
De verhuurder moet geen “zichtbare gebreken” verhelpen. Dit zijn gebreken die een normale huurder bij het begin van de huur kon vaststellen. Dit is logisch. Als de huurder bij het begin van het contract het gebrek heeft gezien maar het niet nodig vond om ertegen te protesteren, moet hij er later niet opnieuw over beginnen.
|